donderdag 11 oktober 2018

Veerpotten - Ophangen

Een tijdje terug is de assemblage van de veerpotten al besproken. De voordeksel was goed verroest en is van de veerpot afgeslepen. Zo kon de binnenboel een keer goed schoongemaakt worden. Met de zonnebloemolie die daar in zat best nog een hele klus. Nu de potten weer in elkaar zitten - dankzij het laswerk van een behulpzame collega - kunnen ze gemonteerd worden op de auto. Ze liggen al klaar te wachten in de RX10:

De veerpotten liggen klaar in het zonnetje.

Voordat de potten terug geplaatst worden op de auto is het handig om eerst de schokbrekerbouten te monteren. De schokbrekers kunnen dan ook direct bevestigd worden.

Schokbrekerbout, al voorzien van kopervet.

Schokbrekerbout bijna op zijn plek. Het gat voor de kantelmessen is goed zichtbaar.

De schuifstukken van de veerpotten worden ook goed in het kopervet gezet. De moeren die hierop moeten zitten normaliter muurvast. Misschien zijn ze door het kopervet in de toekomst wat gemakkelijker te verwijderen.



Schuifstukken in het kopervet en even gepast.

De veerpot met trekstangen heb ik eerst in de ophangpunten van het chassis gehangen. Om de trekstangen tegen beschadiging te beschermen heb ik er nog even een paar stukken PVC-buis op gestoken. Wel moet meteen de aanslagrubber en één moer tussen veerpot en ophangpunt geplaatst worden (over de trekstang heen). En dat aan twee kanten. Die passen er anders dadelijk niet meer op.


De veerpot hangt. De schuifstukken worden nu geplaatst.

Als de veerpotten op hun plek hangen, kunnen de trekstangen voorzien worden van de trekstangogen. Deze kunnen vervolgens aan de kantelpunten bevestigd worden. Als de auto later op zijn wielen staat, kan de wagenhoogte afgesteld worden. Da's nu nog niet te doen.

Het trekstangoog goed gevuld met vet.

Het kantelmes wordt vanuit één kant door het oog geschoven.

Bij het plaatsen van het kantelmet kun je beste even het gat aan de andere kant met je duim dicht houden. Anders druk je een berg vet door het gat naar buiten.

Het kantelmes bij op zijn plek.

Bij het plaatsen van het kantelmes is het even zoeken om aan de andere kant het gat te vinden. Het ene gat is rond, het andere heeft de vorm van het kantelmes. Het kantelmes wordt gefixeerd met twee borgclips.

Borgclips op het kantelmes.

De schokdempers achter kunnen ook geplaatst worden. Hier is de volgorde (vóór of ná het trekoog) niet zo van belang.


Close-up van trekstangoog en schokdemper achter.

Aan de voorkant wordt de schokdemper ná de veerpot bevestigd. De veerpot moet eerst over de schokbrekerbout geschoven worden die vastgelast zit aan de afdekplaat van de draagarm. Het plaatje op de doos van de schokbrekers van BCC is wat verwarrend. De getekende afdekplaat hoort aan de andere kant van de auto. Kies de afdekplaat die er voor zorgt dat de schokbrekerbout zo ver mogelijk naar achteren zit. Zo wordt de schokbreker zo min mogelijk 'uitgerekt'. Als de verkeerde afdekplaat gekozen wordt (rechts en links omgedraaid), wordt de schokbreker te ver uitgerekt, zeker bij de lage wagenhoogte van de Burton. Bij doorveren loop je dan het risico dat de schokbreken tegen de eindaanslag aan komt en dat is niet bevorderlijk voor de levensduur.


Stand van de schokdemper is goed, de afdekplaat niet!

De afdekplaat wordt gemonteerd met wat siliconenkit of wat dikkere vloeibare pakking. Zo sluit de afdekplaat netjes af tegen de opening in de draagarm. Hier mag geen vuil naar binnen dringen, want dat gaat ten koste van de draagarmlagers.

Hier is nét het rode streepje van de vloeibare pakking te zien.

Na het plaatsen van de veerpotten kunnen ze gevuld worden met olie. Hier zeker geen 'normale' motorolie of vet gebruiken, maar ricinusolie. Ook wel wonderolie of castorolie genoemd. Een olie die bij de drogist te krijgen is in kleine hoeveelheden (vooral gebruikt door zwangere vrouwen en om je haren te laten glanzen). De olie is echter ook in een grotere én meteen ook voordeligere verpakking te kopen als mengolie voor in de racewereld.

Zuivere ricinusolie.

De olie is gemakkelijk in de veerpot te krijgen met een oliespuitje met hieraan een stukje slang van een kleine 30 cm bevestigd. Steek de slang door het schuifstuk zo de veerpot in en spuiten maar. Ik heb ongeveer een kwart liter olie in elke pot gespoten. Meer dan genoeg om de potten van binnen gedurende lange tijd optimaal gesmeerd te houden.

Veerpotten worden gesmeerd.

Je kunt er van onderen prima bij.

Je ziet goed hoe doorzichtig/kleurloos de ricinusolie is.

De potten heb ik een paar keer een halve slag gedraaid, zodat de olie alle interne onderdelen van de veerpot goed kan smeren.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten